Faalangst
Wat is faalangst?
Faalangst betekent dat je bang bent dat je iets niet kan. Vaak gaat het om iets dat je juist graag goed wil doen. Je voelt je onzeker. Je hebt last van stress. Sommige mensen krijgen een black-out of paniekaanval.
Tussen de 10 en 20% van de jongeren op de middelbare school heeft last van faalangst.
Hoe herken ik faalangst?
Faalangst uit zich op verschillende manieren. Hier lees je waar je last van kunt krijgen.
- Je krijgt lichamelijke klachten, zoals hartkloppingen, trillende handen, kortademigheid, hoofdpijn of misselijkheid.
- Je vermijdt situaties, zodat je geen last hebt van de angst.
- Je stelt taken uit. Je denkt (onbewust): ‘Als ik er niet aan begin, dan kan ik het ook niet fout doen.’
- Je krijgt een black-out. Dat betekent dat je je niet meer kunt concentreren en dat je informatie of handelingen die je normaal goed weet of kunt, niet meer weet of kan uitvoeren.
- Je voelt je onzeker over jezelf.
- Je denkt dat je dingen niet goed kunt of niet goed genoeg.
- Complimenten van anderen geloof je niet.
- Je hebt geen plezier meer in de dingen die je eerder wel leuk vond, omdat je erg bezig bent met het goed te willen doen.
- Je ziet vooraf op tegen de les, het feestje, de sportles of -wedstrijd of andere situaties waarin je bang bent om het niet goed te doen.
- Je voelt je verdrietig en machteloos.
Gedachtes bij faalangst
- ‘Ik kan het niet.’
- ‘Ik ben niet goed genoeg.’
- ‘Ze vinden me vast niet leuk.’
- ‘Ik kan er net zo goed niet aan beginnen, want ik haal het toch niet.’
Het vervelende is dat deze negatieve gedachtes zorgen voor stress en onzekerheid. Ze kunnen er zelfs voor zorgen dat het ook echt minder goed gaat. En daardoor denk je weer: ‘Ik kan het niet.’ Het is belangrijk om deze cirkel te doorbreken.
Waar komt faalangst vandaan?
Het is normaal om zenuwachtig te zijn voor een toets, of om een nieuwe situatie spannend te vinden. Dat zorgt dat je in actie komt. Maar hoe komt het nou dat de een alleen maar een beetje zenuwachtig is en ander faalangst krijgt? Er zijn verschillende oorzaken van faalangst, en die zijn voor iedereen anders.
Voorbeelden van oorzaken zijn:
- Je hebt een negatief zelfbeeld. Je denkt niet positief over jezelf. Als iets lukt, dan denk je vaak dat je geluk hebt gehad. Als iets mislukt, dan geef je jezelf de schuld.
- Je hebt weinig zelfvertrouwen. Bijvoorbeeld omdat je vroeger gepest bent. Of omdat er vaak tegen je gezegd is dat je iets niet kan.
- Je hebt een beperking, zoals dyslexie, adhd of een lichamelijke beperking, waardoor je bepaalde dingen minder makkelijk kan dan een ander. Daardoor heb je minder zelfvertrouwen.
- De maatschappij is vaak gericht op presteren. Daardoor kun je de druk voelen om het op allerlei vlakken goed te doen: op school, op je bijbaan, je sport, je hobby’s. Maar ook vind je dat je veel vrienden moet hebben en jezelf goed moet verzorgen.
Maar het is natuurlijk nooit mogelijk om het op al die vlakken perfect te doen! En dat hoeft ook niet.
Is faalangst erg?
Bijna iedereen heeft wel eens faalangst. Vooral onder jongeren komt het veel voor. Dat komt omdat je in een levensfase zit waarin er best veel van je verwacht wordt. Je zit op school en hebt vaak toetsen en examens. En als je jong bent leer je veel nieuwe dingen, je ontmoet nieuwe mensen en komt vaak in nieuwe situaties terecht. Dat zijn allemaal momenten waarop je kans hebt op faalangst.
Angst om te falen, betekent dat je het goed wil doen. En daar is niets mis mee. Het kan je juist motiveren om je best te doen. Dus een beetje zenuwachtig zijn voor een toets, dat helpt je om goed te leren en tijdens de toets geconcentreerd te zijn.
Maar soms is de angst zo groot, dat je er minder goed van gaat presteren of dat je blokkeert. Of dat je je rot voelt, gestrest raakt, en lichamelijk klachten krijgt. Of dat je helemaal niet meer begint aan iets nieuws. Dan is het goed om iets aan je faalangst te doen.
Tips tegen faalangst
Tip 1: Praat erover. Je bent niet de enige. En er is iets aan te doen! Zit je op school, vertel het dan tegen je mentor. Iedere school kan zorgen voor hulp. Werk je al? Vertel het aan je leidinggevende.
Er zijn veel trainingen die helpen bij faalangst. Informeer ernaar bij je huisarts.
Tip 2: Onthoud: je hebt fouten nodig om te leren. Zonder te falen, leer je niets en groei je niet. Niet in je werk, op school, in je hobby of in sociale situaties.
Tip 3: Check of jouw gedachten wel echt kloppen. Bedenk voorbeelden van situaties waarin je dacht dat je zou falen, maar waarin het goed ging. Of weet je zeker dat de ander je niet leuk vindt? Of is dat jouw gedachte?
Tip 4: Ben je zenuwachtig voor een toets of examen? Maak een realistische planning en begin! Maak kleine stapjes. Vraag eventueel hulp aan je ouders, verzorgers of een vriend of vriendin bij het maken van een planning.
Tip 5: Beweeg of ga sporten. Door faalangst ga je veel nadenken. De gedachtes helpen je niet. Door te bewegen of te sporten ga je even ‘uit je hoofd’ en neem je afstand.
Tip 6: Soms helpt het om te bedenken: ‘Wat is het ergste wat er kan gebeuren als het niet goed gaat?’
Tips voor op de langere termijn:
- Probeer meer zelfvertrouwen te krijgen
- Stel ‘kleine’ haalbare doelen. Want het behalen van een doel geeft een positief gevoel en geeft je vertrouwen.
- Schrijf positieve gedachten op en lees ze vaak terug. Bijvoorbeeld dingen die gelukt zijn. Dingen waar je tevreden over bent. Ook kleine dingen.
- Vergelijk jezelf niet met anderen. Je kunt niet meer doen dan je best.
- Probeer jezelf en de situatie van een afstand te bekijken. Stel, een vriend of vriendin heeft hier last van, wat zou je tegen diegene zeggen?
Bang voor een black-out?
Een black-out of paniekaanval ontstaat door te veel spanning. Het beste wat je op dat moment dus kunt doen is ontspannen.
Tips voor op het moment dat je een black-out hebt:
- Doe een ademhalingsoefening: adem rustig door je neus in en door je mond uit. Voel dat je hartslag daalt.
- Geef jezelf de tijd om rustig te worden.
- Bedenk: wat weet ik nog wel over dit onderwerp?
- Begin met een vraag die je wel weet.
Ontspanningsoefeningen
Er zijn allerlei oefeningen die je helpen te ontspannen als je je zenuwachtig of angstig voelt. Dit is een voorbeeld van zo’n oefening:
- Ga in gedachten naar een plaats waar jij je fijn en ontspannen voelt.
- Kijk in gedachten om je heen.
- Luister naar de geluiden die daar zijn.
- Voel en ruik de omgeving.
- Voel je innerlijk tot rust komen.
- Zeg in gedachten iets positiefs tegen jezelf.
- Keer rustig terug naar de werkelijkheid en hou de rust die je voelde vast.
Meer oefeningen vind je op Spotify of YouTube. Zoek op ‘ontspanningsoefeningen’.
Faalangst in andere situaties dan op school
Veel jongeren denken bij faalangst aan angst om te falen op school, bijvoorbeeld voor toetsen en examens. Maar faalangst kun je ook op andere vlakken in je leven ervaren. Bijvoorbeeld bij praktische zaken zoals rijlessen, gymles of een sportwedstrijd. Of tijdens je bijbaantje of als je een presentatie moet geven.
Ook in contact met andere mensen kun je faalangst voelen, zoals op feestjes of in nieuwe groepen. Je bent dan bijvoorbeeld bang voor kritiek, bang dat je niets weet te zeggen, of dat een ander je niet leuk vindt.
Wanneer moet ik hulp zoeken?
Met bovenstaande tips krijg je misschien al meer inzicht in je faalangst. Dat helpt soms al. Blijf je veel last hebben van je faalangst? Zorgt de angst ervoor dat dingen niet lukken of dat je veel angst voelt? Neem dan contact op met je huisarts. Die kan je doorverwijzen naar iemand die veel over faalangst weet en je kan helpen.
Hoe help ik iemand met faalangst?
Het helpt om over faalangst te praten. Het eerste wat je dus kunt doen is luisteren. Stel open vragen, zoals: hoe voel je je dan? Hoe denk je dat het komt dat je er last van hebt? Vraag wat je kunt doen om de ander te helpen.
In jouw regio
Sommige delen van deze website verschillen per regio. Selecteer de GGD bij jou in de buurt zodat wij jou lokale tips en links kunnen tonen.