School gaat minder goed
Soms gaat het niet goed op school. Je kunt je bijvoorbeeld niet concentreren. Je loopt achter en haalt slechte cijfers. Wat kun je doen?
Als het korte tijd niet goed gaat op school, is er meestal nog niet veel aan de hand. Iedereen heeft wel eens een dip. Je haalt een paar slechte cijfers, maar die haal je wel weer op.
Maar soms gaat het langere tijd niet goed. Je kan dan brieven thuis krijgen van school. Je gaat bijvoorbeeld spijbelen, omdat je niet meer naar school durft. Dan is het goed om hulp te vragen.
Hoe komt het?
Dat het slecht gaat op school kan verschillende redenen hebben. De stof kan te moeilijk zijn. Misschien zit je niet lekker in je vel en kun je je slecht concentreren? Word je gepest? Is het thuis niet fijn? Heb je zorgen? Is je verkering net uit?
Dit kan allemaal van invloed zijn op je schoolprestaties.
Als het niet goed gaat op school kun je last van stress krijgen. Door de stress is het nog moeilijker om je te concentreren. Sommige jongeren gaan spijbelen, zodat ze niet geconfronteerd worden met het feit dat het slecht gaat.
Het belangrijkste is dat je er niet alleen mee rond blijft lopen. Praat er met iemand over of vraag hulp! Ook als je je schaamt. Of als je je ouders niet wil teleurstellen of bang bent dat ze boos worden. Of als het al langere tijd slecht gaat. Het is nooit te laat.
Wat kan ik doen?
Weet je zelf al waarom het minder goed gaat op school? Dan kun je vaak al gerichter naar een oplossing zoeken.
Vind je het bijvoorbeeld moeilijk om je huiswerk te maken? Raak je snel afgeleid? Dan kan huiswerkbegeleiding op school helpen. Soms is je kamer opruimen of zorgen voor een schone werkplek al genoeg.
Wat er ook aan de hand is, het helpt altijd om er met iemand over te praten. Bijvoorbeeld met een vriend of vriendin, je mentor, een leraar, je ouders of iemand anders die je vertrouwt. Ook met je huisarts kun je hierover praten.
Tips van onze jongerenadviseurs
Deze tips hebben jongeren voor jou.
- Als je merkt dat het niet goed met je gaat, vraag dan om hulp bij vrienden of kennissen.
- Probeer een schema te maken waarin je alle dingen die je nog moet doen neerzet. Maak een realistische planning.
- Praat met je mentor of studieloopbaanbegeleider of vraag naar een vertrouwenspersoon.
- Het is niet erg als je in het begin nog moeite hebt met vragen naar hulp.
- Probeer verschillende manieren om de lessen en verloren stof in te halen. Denk hierbij aan het mailen van je docenten en vragen naar de gemiste stof of het vragen van begeleiding aan klasgenoten waarmee je goed bent.
In jouw regio
Sommige delen van deze website verschillen per regio. Selecteer de GGD bij jou in de buurt zodat wij jou lokale tips en links kunnen tonen.